NIEUWSBRIEF APRIL 2025
Op 2 februari van dit jaar mochten we ons verheugen in ruime belangstelling voor de cantate " Kommst Du, Licht der Heiden" van Buxtehude. In een mooie vesperdienst konden de aanwezigen een uur van bezinning beleven door te luisteren naar woord en muziek.
Op 11 mei 2025 zal het Enkhuizer Bach Ensemble medewerking verlenen bij de presentatie van het boek "Een hemel van hout". We zullen het programma omlijsten met werk van Josquin des Prez, Sweelinck en Gjeilo.
Op zondag 15 juni voeren we in de Zuiderkerk Bachcantate 176 uit: "Es ist ein trotzig und verzagt Ding"
Bach schreef zijn Cantate 176 voor zondag 27 mei 1725, de zondag na Pinksteren, waarop het feest van de heilige Drie-eenheid (God Vader, Zoon en Heilige Geest) wordt gevierd, Zondag Trinitatis; daarmee begint het vrijwel feestloze tweede deel van het kerkelijk jaar, dat 27 zondagen na Trinitatis kan omvatten.
BWV 176 is ook de laatste cantate in de reeks van negen op teksten van de Leipziger dichteres Christiane Mariane von Ziegler (1695-1760), waarmee hij zijn na veertig weken gestrande reeks koraalcantates aanvult. Evenals in de voorafgaande weken blijkt Bach - getuige Von Zieglers eigen publicatie - regelmatig haar teksten te wijzigen: om het ritme te stroomlijnen of de tekst te bekorten dan wel te verlengen uit muzikale behoeften, soms zelfs ten koste van grammaticaliteit.
De voorgeschreven evangelielezing voor deze zondag is Johannes 3: 1-15, het verhaal van Nicodemus, een hooggeplaatste Jood (Farizeeër), die alleen ‘s avonds, beschermd door de duisternis, met Jezus contact durft op te nemen. Von Ziegler herkent in deze combinatie van vastbeslotenheid en angst een algemeen menselijke trek, die in Luthers vertaling van het oudtestamentische boek Jeremia (17: 9) wordt omschreven als Es ist ein trotzig und verzagt Ding um aller Menschen Herze: ‘s mensen hart is koppig en bang. (Het heeft weinig zin te onderzoeken of Luther deze Jeremia-woorden wel correct heeft vertaald; dit waren nu eenmaal de woorden waarover Bach en Von Ziegler beschikten. Nederlandse vertalingen spreken van arglistig en verderfelijk, onbetrouwbaar en onverbeterlijk, een beentjelichter en ongeneselijk, etc.).
Dit is een cantate voor koor, sopraan, alt en bas.
Solisten:
Op 16 juni 2024 klinkt er weer een Bachcantate in de Zuiderkerk.
Dit maal voeren we BWV 176 ‘Es ist ein trotzig und verzagt Ding’ uit.
… .
Deze cantate stamt uit 1724, wanneer Bach nog geen jaar cantor is van de Thomaskirche in Leipzig. Cantate BWV 7 werd geschreven voor 24 juni 1724. Op deze dag wordt het feest van Johannes de Doper gevierd in de RK- en Lutherse kerk.
Bach had al eerder een cantate geschreven voor deze dag (BWV 167), maar deze voldeed niet aan de eisen die Bach zich zelf gesteld had; de cantates uit deze reeks moesten namelijk allemaal gebaseerd zijn op een Luthers kerklied.
Bach begint dit werk met het eerste couplet van het lied ‘Christ unser Herr’, geschreven door Maarten Luther. Hij benadrukt hiermee de anciënniteit van het lied, èn laat horen dat hij weet wat er in de muzikale wereld om hem heen gaande is. De instrumentale begeleiding van het openingskoor is een Franse ouverture.
Deze muziek, zo herkenbaar door het langzaam voort-schrijdende ritme, stamt uit het hof van Versailles.
Lodewijk xiv schreed op deze muziek naar zijn plaats voordat de opera begon. Door deze vorm te gebruiken wordt het Christus die naar de Jordaan schrijdt om gedoopt te worden.
De cantatetekst focust zich niet zo zeer op het leven van Johannes de Doper, maar neemt de belangrijkste daad van Johannes onder de loep: het dopen van Jezus. De aria’s en recitatieven behandelen de betekenis van de doop voor de gelovige. De volgorde van de solisten, eerst de bas, dan de tenor en dan de alt mag opgevat worden als een gang naar de hemel voor de gedoopte ziel.
Solisten:
Jouke Wijmenga (bas)
Edmund Chu (tenor)
Marcel Koncon (countertenor)
We hopen u op 16 juni te mogen verwelkomen!
We kunnen deze en de volgende cantates in dit jaar uitvoeren dankzij giften van onze donateurs en van: